Carools Column: het grijze gebied
Naar de tandarts gaan is nooit een hobby van mij geweest en dat zal het nooit worden ook. Het is niet de angst en ook niet de pijn waar ik bang voor ben. In de tandartsstoel hoef je niet te lijden, aangezien je altijd om een plaatselijke verdoving kan vragen. Ik heb mezelf dan ook vaak afgevraagd wat mijn aversie is wat betreft het halfjaarlijkse bezoekje aan de tanden expert.
Van de week viel ineens het kwartje. Het is omdat ik totaal geen verstand heb van het vak tandheelkunde. Ze kunnen mij van alles wijs maken. En in het verleden hebben ze dat dus ook gedaan. Vroeger woonde ik in Alphen aan de Rijn, maar onze tandarts zat in Waddinxveen. Toen ik kinderen kreeg, ben ik een tandarts dichterbij huis gaan zoeken. Dat leek mij wel zo praktisch. Mijn eerste bezoekje aan die tandarts ging meteen de geschiedenisboeken in als ‘dit zal ik niet snel vergeten’
Een raar onderbuikgevoel
Hij zei dat hij de gegevens van mijn vorige tandarts niet zo duidelijk vond, dus hij wilde in eerste instantie foto’s maken van mijn gebit. Prima. Dat vond ik wel logisch klinken. Maar bij het bespreken van de uitslag van de foto’s bekroop mij een raar onderbuikgevoel. De desbetreffende tandarts vertelde mij dat het er niet zo best voorstond. Er waren zeker wel vier wortelkanaal behandelingen nodig om mijn tanden en kiezen te redden. Tja. Daar sta je dan als leek. Letterlijk met je mond vol met tanden. Hij is de expert op dit gebied, dus waarom zou ik daar aan twijfelen?
Ondanks het onderbuikgevoel heb ik de nodige afspraken gemaakt en heb ik alle behandelingen ondergaan en doorstaan. Maar toen hij mij confronteerde met het maken van nieuwe foto’s, omdat hij zeker wel zeven gaatjes zag en hij van mening was dat ik maandelijks een mondhygiëniste zou moeten bezoeken en een beugel van levensbelang zou zijn, ben ik toch maar weer eens naar mijn vorige tandarts in Waddinxveen gegaan. En hij schrok zich rot. “Waarom vier wortelkanaalbehandelingen? Je gebit was perfect. Dit kan je nooit meer terugdraaien.”
Op dat moment voelde ik mij behoorlijk in de maling genomen. Ik ben teruggekomen bij mijn oude tandarts en ik heb er nooit meer iets mee gedaan. Ik neem het mezelf niet kwalijk. Waarom zou ik twijfelen aan de deskundigheid van een tandarts? Ik heb daar geen verstand van. Maar het is wel een grijs gebied. Zo’n tandarts kan van alles zeggen. Dat geldt ook voor een monteur in een garage. Als hij zegt dat ik vier nieuwe banden voor mijn auto nodig heb, dan zal dat wel zo zijn. En ook de dame die ik aan de telefoon heb wat betreft een bepaald abonnement wat beter bij mij past. Een dierenarts; precies hetzelfde verhaal. Een pilletje hier en een zalfje daar. Het zal allemaal wel. En een overheid die beweert dat iets beter is voor mijn gezondheid. Wanneer weet ik dat het echt goed voor mij als persoon is of dat het beter past in hun straatje en portemonnee? Vroeger was daar de ombudsman om je hiermee te helpen. En die is er nog wel. Maar deze is in dienst van de overheid. Ofwel, wij van wc-eend adviseren wc-eend. Misschien moet ik in het vervolg toch wat vaker naar mijn onderbuikgevoel luisteren en het gezonde verstand raadplegen. Een echte oplossing is er niet, maar dat is minder vaag dan het grijze gebied.
Carool Rijnierse is columniste & auteur en schrijft wekelijks een column 40+ en dan? over het wel en wee van haar leven. Ze heeft drie zoons, drie honden en drie katten.