Vrouwen proberen de getroffen gebieden in Nepal weer op te bouwen. Echter zijn zij en hun kinderen niet meer veilig na de aardbeving.

De aardbeving die op 25 april plaatsvond in Nepal heeft enorme schade en verdriet achtergelaten. Meer dan 8.000 doden en nog vele duizenden gewonden en daklozen was het gevolg van de ramp. De emoties van de bevolking lopen hoog op wanneer zij erover praten. De angst voor een nieuwe ramp is groot. Maar ook de angst voor de huidige situatie is enorm. Vrouwen en kinderen zijn niet veilig. The Guardian ging naar getroffen gebieden in Nepal om met de gechoqueerde bevolking te praten.

Saraswoti Gautam, wiens huis vernield is, brengt haar kinderen elke dag naar het Tundikhel kamp. Hier krijgen de kinderen opvang, eten en waar mogelijk educatie. Overdag verblijven ze in het Tundikhel kamp, maar ’s avonds verplaatsen ze naar een ander kamp. Saraswoti is namelijk te bang voor seksueel misbruik. ‘Ik wil geen tent met mannen delen’, vertelt ze aan The Guardian.

Justine Greening, politica in het Verenigd Koningrijk, heeft vorige week de schade in Nepal met eigen ogen gezien. Zij ziet hoe belangrijk de zorg voor vrouwen, meisjes en kinderen is. ‘Kinderen kunnen geen vaccinaties krijgen, die ze normaal wel horen te krijgen, en zwangere vrouwen zijn niet in staat om te bevallen in een veilige omgeving. Vrouwen en kinderen zijn erg kwetsbaar in deze situatie.’ Het Verenigd Koningrijk zal minimaal 10 miljoen pond besteden aan eerste hulp en het opbouwen van ziekenhuizen.

Bron: The Guardian en MamaCash