Kirsten Regtop: “Huiselijk geweld vindt bijna nooit eenmalig plaats”
We kijken als maatschappij nog te vaak weg als het om huiselijk geweld gaat. We mogen slachtoffers serieus gaan nemen, wat nu nog te weinig gebeurt. “Het lijkt soms om een eenmalig incident te gaan, terwijl er heel vaak een diepgeworteld patroon onder ligt. Bij huiselijk geweld is de kans groot dat er weer een incident plaatsvindt. Het is bijna nooit eenmalig.” In de rubriek Een ander geluid: spreker en trainer aanpak huiselijk geweld Kirsten Regtop.
In Nederland zijn jaarlijks 1,2 miljoen mensen in de leeftijd van 18 en ouder slachtoffer van huiselijk geweld. Dit gaat om geweld tussen partners, ouders en kinderen of broers en zussen. Het gezin wordt gezien als hoeksteen van de samenleving, maar is tevens de plek waar achter gesloten deuren het meeste misbruik en geweld plaatsvindt. Wat vraagt dit van ons? De (sociale) media stonden niet zo lang geleden bol van de berichten over het vermeende geweldsincident tussen twee BN’ers. De media springen hier bovenop, net als gebruikers van sociale media, zonder stil te staan bij de impact hiervan. Hebben we werkelijk het beste voor met het welzijn van in dit geval het BN’er koppel en nemen we onze verantwoordelijkheid voor wat we publiceren en/of posten, of gaat het vooral om onze eigen mening en in het geval van de media om zoveel mogelijk traffic te genereren?
“Al die uitingen en oordelen zijn uiterst pijnlijk”
Volgens Kirsten ontstaat er een sensatiezucht als er zoiets gebeurt bij een bekend koppel. “Mensen gaan opmerkingen maken, waaronder ook victim blaming, met teksten als ‘ze zal zich wel sletterig hebben gedragen of het uitgelokt hebben’. Of mensen gaan de dader uitschelden. Al die uitingen en oordelen zijn uiterst pijnlijk. Het gaat nooit over wat er echt aan de hand is, maar over de persoon zelf en een mening die zo nodig geventileerd moet worden. Op sociale media kan er lekker anoniem van alles geroepen worden. Maar als het bij een vriend of vriendin gebeurt, wordt er vaak op dezelfde manier door de omgeving gesproken. Er is wel degelijk een zorg, maar er zijn ook oordelen en vooroordelen. Hierdoor ga je niet de verbinding met iemand aan, die misschien wel hulp nodig heeft. We zijn voornamelijk met onszelf bezig en onze afkeur van geweld in plaats van bezig te zijn met wat de ander nodig heeft om het geweld te laten stoppen.”
Er zijn verschillende vormen van huiselijk geweld. Dit kan fysiek, psychisch of seksueel zijn. Daarnaast zijn er verschillende patronen te onderscheiden. “We gaan er vaak vanuit dat een situatie uit de hand gelopen is. Iemand had niet te veel moeten drinken of geweld ontstaat door schulden of werkeloosheid. De situatie en externe omstandigheden zorgen ervoor dat het makkelijker escaleert. Maar er zijn ook patronen op basis van machtsongelijkheid binnen een relatie, waarbij de ene partner de ander controleert en domineert. Of waarbij er sprake is van elkaar in een beklemmende greep houden. Het is belangrijk dat dergelijke patronen gezien worden en dat er doorgevraagd wordt. Er wordt nu niet doorgepakt en dat is een gemiste kans.”
Schaamte en schuld
Als er een ernstig incident heeft plaatsgevonden waar meerdere mensen getuige van zijn geweest, dan is een eerste reactie vaak dat men verandering wil brengen in de situatie. “Maar als er meer bekendheid komt en meer mensen reacties geven die vaak ongenuanceerd zijn, ontstaat er al snel schaamte en schuld. Vervolgens wil iemand er niet meer over praten en geeft aan het zelf op te gaan lossen. Als je wel doorvraagt en praat over wat eraan ten grondslag ligt, bied je iemand de gelegenheid om zelf tot een inzicht te komen en een patroon te herkennen.”
Kirsten geeft trainingen aan hulpverleners over hoe je huiselijk geweld kan herkennen. De meeste mensen praten er zelf niet over, aldus Kirsten, dus dit vraagt iets van ons als maatschappij. Huiselijk geweld is geen individueel probleem, maar een probleem van ons allemaal. “In mijn trainingen behandel ik onder andere waar je op moet letten, dus bijvoorbeeld bepaalde veranderingen in gedrag, en hoe je een gesprek aan kan gaan met mensen over wat je hebt waargenomen. Hierdoor wordt de kans groter dat iemand openheid van zaken geeft en dat huiselijk geweld boven tafel komt. Het gaat om de manier waarop je mensen benadert, zonder oordeel, en dat je letterlijk beschrijft wat je hebt gezien. We mogen vaker met mensen het gesprek aangaan als we het vermoeden hebben dat het thuis niet goed gaat.
Huiselijk geweld komt net zo vaak voor in een sociaal zwakker gezin als in een hoogopgeleid gezin. We zijn geneigd om een bepaald plaatje te hebben van een gezin of relatie waar geweld voorkomt, maar volgens Kirsten zegt het allemaal niets. “Het gaat erom dat we alert zijn en de mogelijkheid openhouden dat er binnen een gezin of een relatie geweld plaatsvindt. Als je blijft waarnemen dat er dingen niet oké zijn, is het goed om door te blijven vragen en aan te geven dat je voor iemand klaarstaat.” Er moet volgens Kirsten meer naar het totaal worden gekeken en naar de patronen. “Er zijn mensen slachtoffer van een eenzijdige vorm van geweld, wat vaak niet onderkend wordt. Die groep loopt vast binnen zowel de hulpverlening als de samenleving. Het is een vorm van verborgen geweld. Beiden doen daar iets in, maar eentje start het geweld en de ander wordt erin meegezogen. Die kan daar heel moeilijk uitkomen. We zijn snel geneigd om beiden verantwoordelijk te maken voor het ontstaan van het geweld of in stand houden daarvan. Daardoor ontneem je iemand de kans om in te zien wat voor stap hij of zij kan zetten om los te komen van het geweld. Ook dat patroon moet gezien en onderkend worden. Vaak heerst de misvatting dat huiselijk geweld een incident is. En dat ook al lijkt iets een incident, iemand niet 24 uur per dag in een geweldssituatie leeft en dus ook best normaal kan functioneren. Daardoor kan je als omstander de indruk krijgen dat het allemaal best meevalt, terwijl iemand verborgen lijdt onder psychische en emotionele druk.”
“Zo’n lockdown is voor veel thuissituaties lang niet altijd goed”
Tijdens de lockdown periode hebben 40.000 kinderen met een vorm van mishandeling te maken gehad. In dezelfde periode in 2017 waren dit er 17.000. Dit kan gaan om verwaarlozing van het schoolwerk tot aan getuige zijn van fysiek huiselijk geweld. “Dat is gigantisch. Zo’n lockdown is voor veel thuissituaties lang niet altijd goed. Ook de Kindertelefoon heeft veel telefoontjes gekregen van kinderen met vragen over huiselijk geweld. Werk zorgt ervoor dat mensen op adem kunnen komen.” Huiselijk geweld zie je niet aan de buitenkant, aldus Kirsten. Een willekeurig iemand op straat kan ermee te maken hebben. “Het klassieke blauwe oog zie je amper. Wat iemand op Facebook post, is vaak niet wat er werkelijk achter de voordeur plaatsvindt. Mensen zijn goed in de schijn ophouden en doen alsof thuis alles vredig eraan toegaat. Dit heeft voornamelijk met schaamte maken.”
Kirstens beeld van de wereld is door haar werk een stuk minder rooskleurig geworden. “Je kan een leuk gesprek met iemand voeren, maar die persoon kan thuis de boel kort en klein slaan. Mensen kunnen zo naar doen naar elkaar. Maar het is belangrijk dat we deze mensen niet alleen maar zien voor dat stukje huiselijk geweld. Mensen zijn meer dan dat. Hoe benader je iemand en stel jezelf daarbij de vraag: is iemand een mishandelaar of iemand die zijn of haar partner mishandelt? Het vraagt veel moed om door te vragen of op mensen af te stappen waarover je je zorgen maakt. Als een situatie escaleert, hoor je vaak mensen achteraf zeggen dat ze al een vermoeden hadden dat er iets niets goed zat, maar dat ze niets met dat gevoel hebben gedaan. Laten we gaan handelen als we het vermoeden hebben als er achter gesloten deuren iets niet klopt.”