Carools Column: Kneuterig
De zomer is een heerlijk jaargetijde. Zeker wanneer het zonnetje een beetje meewerkt en de thermometer boven de 20 graden uitkomt. De achterdeur de hele dag open, luchtige kleding aan, alle planten en bomen volop in het blad, vroeg licht en laat donker. De mensen zijn vrolijker, overal komt je de geur van de bbq je tegemoet en vanuit auto’s hoor je Enrique Iglesias door de speakers galmen. En ja, ook ik word hier heel blij van.
Maar ondanks dat ik op een eiland zoals Bonaire graag vertoef, zou ik er niet willen wonen. Twaalf maanden per jaar zomer hoeft namelijk niet van mij. Eigenlijk waardeer ik het wel dat we in een land wonen met vier verschillende jaargetijden. En ze hebben alle vier hun eigen charme. Eerst is daar die ontluikende lente. Van kale bomen, naar opkomende knoppen en nieuwe blaadjes. De geur van gemaaid gras, jonge lammetjes, je winterjas naar de stomerij en de vogeltjes die in de vroege ochtend al het hoogste woord hebben. En dan is daar die zomer. Hoe klammer en heter, hoe beter. Al vallen de mussen van het dak, word ik lek geprikt door muggen en lig ik te zweten in mijn bed, mij hoor je niet klagen. Op je blote voeten door de tuin banjeren, de ijscoman in je straat en heerlijke frisse salades bij je avondeten.
Een lange nazomer is natuurlijk het meest ideaal. De herfst is in aantocht wanneer de zon sneller ondergaat, de bladeren rood en bruin kleuren en als de spinnenwebben vol met dauwdruppels je in de ochtend tegemoet komen. Zodra het najaar in aantocht is, begint er bij mij al iets te kriebelen. Zodra in september alweer de pepernoten in de schappen van de supermarkt liggen, ontwaakt er iets in mij. De drang naar knus en gezelligheid binnenshuis wordt bij mij wakker gemaakt. Ik hunker dan al naar het aansteken van de open haard en met een warm kopje thee en een dekentje op de bank. Ik kan er zelfs van genieten om in de stromende regen met mijn honden te wandelen of wanneer het zo koud is, dat ik mijn vingers niet goed kan bewegen in mijn handschoenen. Zeker wanneer ik daarna thuis kom in een warm huis en met blossen op mijn wangen een warme chocolademelk kan drinken.
Maar ook ik ga eerst genieten van, hopelijk, een zonnige zomer. Lange strandwandelingen , zand tussen mijn tenen en mijn tanden en rozig van het zonnetje en de zeelucht. De zomer voelt altijd onbevangen en met drie schoolgaande kinderen is het heerlijk dat je even niets moet. Geen gepush of gehaast in de ochtend en quality time samen door middel van lang en uitgebreid ontbijten en voetballen in de achtertuin. En toch. Als iedereen straks terugverlangt naar hun vakantie en het duidelijk is dat de zomer bijna voorbij is, kijk ik stiekem uit naar het uitzoeken van een nieuwe wintergarderobe, erwtensoep en het aftellen naar de kerstvakantie. Want het jaargetijde vol kneuterigheid en knus op de bank met de kat op schoot, vind ik stiekem totaal geen straf.